Tips voor het Borgen van de Bruikbaarheid van een gebouw

Auteur: Drs. Tim Mijzen

In dit artikel bespreken we het volgende:

Laten we starten met de juiste artikelen uit het Besluit bouwwerken leefomgeving (BBL). De relevante artikelen met betrekking tot bruikbaarheid zijn te vinden in Hoofdstuk 3.5: Bruikbaarheid (bestaande bouw) en Hoofdstuk 4.5: Bruikbaarheid (nieuwbouw).

Verschillen en verwarring in wet en regelgeving

Een belangrijk verschil tussen het Bouwbesluit 2012 en het BBL dat tot veel verwarring leidt onder professionals is de volgende: In het BBL zijn er geen eisen meer gesteld aan de bruikbaarheid en oppervlakten voor utiliteitsfuncties. Het Bouwbesluit 2012 stelde nog diverse eisen, waaronder een minimale oppervlakte-eis en hoogte eisen voor verblijfsruimtes, toiletruimtes, enzovoort. Deze eisen zijn in het BBL volledig komen te vervallen.

Dit biedt architecten meer vrijheid in het ontwerpen van utiliteitsfuncties. Ons advies is echter om, waar mogelijk, de eisen uit het Bouwbesluit 2012 te blijven volgen en deze als richtlijnen te beschouwen. Dit draagt bij aan het creëren van functionele, comfortabele en toekomstbestendige ruimtes die voldoen aan de verwachtingen van gebruikers.

Het Bouwbesluit en het Besluit bouwwerken leefomgeving (BBL) maken zowel bij nieuwbouw als verbouw een onderscheid tussen particulier en niet-particulier opdrachtgeverschap. Voor particulier opdrachtgeverschap gelden namelijk voor diverse BBL artikelen de eisen van bestaande bouw.

Voor een uitgebreide uitleg verwijzen wij naar het volgende artikel op onze website: Niet-particulier en particulier opdrachtgeverschap of ga naar onze overzichtstabel van welke artikelen er precies gelden voor nieuwbouw en bestaande bouw, gecorrigeerd voor particulier en niet particulier opdrachtgeverschap.

Waar moet je als kwaliteitsborger scherp op zijn?

De eisen in het hoofdstuk Bruikbaarheid zijn uitsluitend van toepassing op woonfuncties. Bij particulier opdrachtgeverschap geldt dat er bij veel artikelen gebruik moet worden gemaakt van de bestaande bouw eisen. Hierdoor is particulier opdrachtgeverschap minder risicovol, omdat deze eisen relatief eenvoudig te behalen zijn.

Let echter goed op welke artikelen wél of niet van toepassing zijn bij particulier opdrachtgeverschap, aangezien hier vaak misverstanden over ontstaan in de praktijk.

Wij raden aan om extra waakzaam te zijn bij de volgende nieuwbouwprojecten:

  • Appartementencomplexen
  • Seriematige woningbouw

Voor dit type projecten gelden de nieuwbouweisen op alle artikelen. Knelpunten ontstaan vaak door de combinatie en van verschillende eisen, zoals de bruikbaarheid en daglichttoetreding. Het gelijktijdig voldoen aan al deze eisen kan een uitdaging vormen.

Appartementencomplexen lopen hierbij een extra risico, omdat voor de meeste appartementen een buitenruimte verplicht is. Hetgeen vaak resulteert in balkons en verspringende gevels, welke overstekken en zijbelemmeringen creëren. Deze elementen beperken de daglichttoetreding aanzienlijk, waardoor ontwerpen regelmatig niet voldoen aan de 10%-daglichteis.

Wanneer een ontwerp niet voldoet aan de 10%-daglichteis, passen bouwplantoetsers vaak de krijtstreepmethode toe. Hiermee kan de daglicht eis worden gehaald door fictief het verblijfsgebied (VG) te verkleinen. Wanneer het verblijfsgebied verkleind wordt, ontstaan er bij appartementen en seriematige projecten vaak problemen met de 55% regel. Deze regel eist dat 55% van het totale gebruiksoppervlakte (GBO) een verblijfsgebied (VG) moet zijn. Bij het verkleinen van een verblijfsgebied gaat dit percentage dus naar beneden. 

Hoofdzakelijk bij appartementen zien we vaak dat de 55% regel niet wordt gehaald als de krijtstreepmethode wordt toegepast. Een oplossing hiervoor is het vergroten van ramen in de verblijfsgebieden. Dit resulteert vaak in berekeningen die minimaal voldoen aan zowel de daglicht eis als de 55% regel. Ontwerpen die maar net voldoen, lopen een groter risico op fouten tijdens de uitvoering. 

Het is niet altijd mogelijk om volledig aan de wetgeving te voldoen door een combinatie van het programma van eisen, het ontwerp en de geldende regelgeving, waardoor de krijtstreepmethode vaak de enige haalbare oplossing is.

Hoe herken je dit in onze berekeningen?

kwaliteitsborging 55% eis

Bovenstaande zaken zijn te herkennen wanneer de percentages van seriematige woningen of appartementen dicht in de buurt van de 55%-regel liggen. Dit is vaak een eerste aanwijzing dat de krijtstreepmethode is toegepast.

Vervolgens controleer je de daglichteisen per verblijfsgebied.


Bijvoorbeeld: Verblijfsgebied 4 is onderdeel van Appartement 2. Hier zie je dat er minimaal 2,87 m² daglichttoetreding vereist is, terwijl er precies 2,88 m² aanwezig is.
Dit is een sterke indicatie dat de krijtstreepmethode is toegepast, omdat:

  1. Appartement 2 voldoet exact aan de 55%-regel.
  2. Er zijn een of meerdere ruimtes in dat appartement die met minimale marge voldoen aan de daglicht eis.

Kwaliteitborging 10% daglicht eis

Risico’s in de uitvoering

Wanneer een ontwerp met een minimale marge voldoet aan de eisen, rust de verantwoordelijkheid op de aannemer om de uitvoering exact volgens de berekeningen uit te voeren. Dit brengt aanzienlijke risico’s met zich mee, aangezien zelfs kleine afwijkingen in de uitvoering ervoor kunnen zorgen dat het geheel niet meer aan de eisen voldoet. Denk bijvoorbeeld aan een iets dikkere binnenmuur, een extra afwerklaag, binnenmuren die net iets verschoven zijn, etc, etc. Minimale afwijkingen, maar bij ontwerpen die met minimale marge voldoen, kunnen dergelijke details tot problemen leiden. 

De kwaliteitsborger speelt hierin een cruciale rol en kan deze problemen aanpakken en oplossen door middel van zorgvuldige borging. Dergelijke situaties vormen knelpunten, omdat zelfs minimale afwijkingen het verschil kunnen maken tussen voldoen en niet voldoen. Het is daarom essentieel om extra aandacht te besteden aan deze kritieke punten. Twijfel dan ook niet om contact met ons op te nemen als je hier extra uitleg over wilt hebben.

Aanvullende tips voor het hoofdstuk Bruikbaarheid

In onze kennisbank hebben we de relevante BBL-artikelen voor het hoofdstuk Bruikbaarheid uitgebreid beschreven. Deze artikelen zijn voorzien van duidelijke afbeeldingen, waardoor de regelgeving in het BBL eenvoudiger te interpreteren is. Dit kan bijzonder handig zijn bij het uitvoeren van de borging.

Hieronder vind je enkele handige links naar specifieke onderwerpen binnen het hoofdstuk Bruikbaarheid:

Met deze hulpmiddelen hopen we het borgen volgens het BBL zo praktisch en inzichtelijk mogelijk te maken.

HBA biedt tevens toetsing aan op alle artikelen van bruikbaarheid; deze artikelen vallen bij ons onder de noemer ‘overige BBL-berekeningen‘.

Delen via social media