Welke BBL- eisen en tabellen zijn van toepassing voor de MPG berekening?
In tabel 1 vindt u de eisen van het Besluit Bouwwerken Leefomgeving (BBL) voor de MPG-berekening per gebruiksfunctie (nieuwbouw). De tabel geeft per gebruiksfunctie aan welke bepalingen van toepassing zijn. De specifieke bepalingen zijn vermeld onder de tabellen.
Voor meer informatie over de relevante bepalingen en actuele eisen, raadpleeg ‘Afdeling 4.4.2 Milieuprestatie‘ van het BBL online.
Artikel 4.159 Milieuprestatie
- Een woonfunctie heeft een milieuprestatie van ten hoogste 0,8, bepaald volgens de Bepalingsmethode Milieuprestatie Gebouwen en GWW-werken.
- Een kantoorgebouw heeft een milieuprestatie van ten hoogste 1, bepaald volgens de Bepalingsmethode Milieuprestatie Gebouwen en GWW-werken.
- Het tweede lid is niet van toepassing op een kantoorgebouw als de totale gebruiksoppervlakte aan kantoorfuncties en nevengebruiksfuncties daarvan in het kantoorgebouw of in het gebouw waarvan het kantoorgebouw deel uitmaakt kleiner is dan 100 m².
- Het tweede lid is niet van toepassing op een kantoorgebouw dat deel uitmaakt van een gebouw met andere gebruiksfuncties dan de kantoorfunctie of nevengebruiksfuncties daarvan.
Wat is een nevenfunctie en hoe wordt dit begrip geïnterpreteerd met betrekking tot de MPG-verplichting?
Wanneer de industriefunctie een nevenfunctie is van de kantoorfunctie en de totale gebruiksoppervlakte minstens 100 m² bedraagt, geldt er een MPG-eis. Als de kantoorfunctie een nevenfunctie is van de industriefunctie, is er geen MPG-eis, ongeacht de totale gebruiksoppervlakte. De definitie van een nevenfunctie gaat uit van de hoofdactiviteit van het gebouw. Als de kantooractiviteiten de hoofdfunctie vormen en de industriële activiteiten daaraan ondergeschikt zijn, dan is de industriefunctie een nevenfunctie.