De resultaten van een EPC/BENG – berekening
Auteurs: Drs. Tim Mijzen, Ir. Bas Cuijpers
Isolatiewaarden (RC- en U-waarden)
De minimaal te hanteren RC-waarden volgens bouwbesluit 2012 waren:
- Vloeren:3,5 m2K/W
- Gevels: 4,5 m2K/W
- Daken: 6,0 m2K/W
De U-waarde in de resultaten is verwarrend, dit komt omdat dit eigenlijk de Uw-waarde betreft. De U-waarde draait in werkelijkheid alleen om het glas, terwijl de Uw-waarde rekening houdt met zowel het glas als het kozijn. In de berekening worden de U- en Uw-waarden als hetzelfde gezien en gaat het om de waarde van het glas en het kozijn samen.
Bijvoorbeeld: HR++ glas met een U-waarde van 1,1 en een houten kozijn (forfaitair) met een U-waarde van 2,4 komt samen uit op een Uw-waarde van 1,64 (forfaitair).
De U-waarden van het glas zijn dus niet gelijk aan de U-waarden die u terug kunt vinden in de EPC/BENG- berekening, omdat dit eigenlijk de Uw-waarden zijn.
Installatiesystemen
Verwarming
De installaties beginnen bij het hoofdstuk Verwarming. In onderstaande afbeelding zijn het type, de bron, het rendement en de bepalingsmethode van het systeem in zwart aangegeven.
Er zijn verschillende systemen, met ieder een eigen opwekkingssysteem en rendement. Hoe hoger het rendement, des te beter en energiezuiniger het systeem. Het rendement hangt af van het type toestel en de bron, maar kan ook sterk variëren per merk of fabrikant.
Onderstaand zijn verschillende verwarmingssystemen met bijbehorend rendement aangegeven (forfaitair):
Type | Rendement |
---|---|
HR-CV ketel | 0,950 |
Electrische warmtepomp | Rendement |
Lucht-water | 3,700-3,800 |
Bodem | 3,600-4,576 |
Water-water | 4,500-5,200 |
Toestellen met een kwaliteitsverklaring kunnen een hoger rendement hebben. Het voordeel van het invoeren d.m.v. de forfaitaire methode, en dus zonder kwaliteitsverklaring, is dat u het toestel nog niet hoeft te kiezen en dat u flexibel bent in de uitvoering. Het voordeel van het invoeren a.d.h.v. een kwaliteitsverklaring (mits beschikbaar van het merk of de fabrikant) is dat de EPC in theorie lager uitkomt. Zo heeft u bijvoorbeeld minder zonnepanelen nodig om aan te kunnen tonen dat u voldoet aan de minimale EPC-eis.
Warm tapwater
In onderstaande afbeelding vindt u de toepassing van een zonneboiler, het type toestel, het rendement en of er een douche WTW installatie aanwezig is in zwart aangegeven.
Het rendement van het tapwatersysteem kan een grote invloed hebben op de uiteindelijke score van de EPC. Voornamelijk bij appartementencomplexen valt hier veel winst mee te behalen. Ook met het oog op de praktijk is een goed rendement van het tapwatersysteem gewenst. Denk hierbij aan (grote) gezinnen die veel warm tapwater gebruiken.
Ook hiervoor geldt: hoe hoger het rendement, des te beter en energiezuiniger het systeem. Het rendement hangt af van het type toestel en de bron, maar kan ook sterk variëren per merk of fabrikant.
Onderstaand vindt u verschillende tapwatersystemen en het bijbehorende rendement (forfaitair):
Type | Rendement |
---|---|
HR-CV ketel | 0,600 |
Elektroboiler | 0,750 |
Electrische warmtepomp | Rendement |
Lucht-water | 1,400 |
Bodem | 2,000 |
Water-water | 2,200 |
Toestellen met een kwaliteitsverklaring kunnen een hoger rendement hebben.
Koeling
Koeling is gewenst bij grote percentages aan zomercomfort. Zomercomfort is negatief en wordt als fictieve toeslag op de energieprestatie berekent. Het toepassen van een koelinstallatie zorgt dat deze toeslag lager wordt (beter voor de energieprestatie) en zorgt voor meer comfort in de zomermaanden.
Warmtepompen kunnen eenvoudig aangesloten worden op koeling.
Onderstaand vindt u een tabel met het type warmtepomp, toestel, koelvermogen en het stroomgebruik:
Electrische Warmtepomp | Toestel | Koelvermogen | Stroomgebruik |
---|---|---|---|
Lucht-water | Compressie | Goed | Hoog |
Bodem | Koudeopslag of bodemkoeling | Zeer goed | Laag |
Water-water | Koudeopslag of bodemkoeling | Zeer goed | Laag |
Ventilatie
Een goed ventilatiesysteem zorgt voor comfort, gezondheid en minder transmissieverliezen. In onderstaande afbeelding is in zwart aangegeven waar u het hoofdtype en de variant van het toegepaste ventilatiesysteem kunt vinden:
Onderstaand vindt u de verschillende hoofdtypes met bijbehorende varianten en energiezuinigheden.
Hoofdtype | Variant | Energiezuinigheid |
---|---|---|
C. Natuurlijke toevoer, mechanische afvoer | Standaard | – |
C. Natuurlijke toevoer, mechanische afvoer | Winddrukgestuurd | + |
C. Natuurlijke toevoer, mechanische afvoer | Winddruk en CO2-sturing | ++ |
D. Mechanische toevoer, mechanische afvoer | Standaard | – |
D. Mechanische toevoer, mechanische afvoer | met WTW | ++ |
D. Mechanische toevoer, mechanische afvoer | WTW + CO2-sturing | +++ |
Zonnepanelen en – collectoren
Onder PV-systemen en Zonnecollectoren vindt u de totale oppervlakte aan toegepaste zonnepanelen en/of -collectoren met bijbehorend vermogen van de panelen.
Let op: standaard rekenen wij met panelen met een oppervlakte van 1,635 m2. Hier is het Apv [m²] van afgeleid. Dit kan verwarrend zijn, aangezien deze waarde cruciaal is voor de implementatie in de praktijk.
In het voorbeeld betreft het Apv 3,27 m2. Om te berekenen hoeveel panelen er in totaal nodig zijn, moeten we het Apv dus delen door de oppervlakte van één paneel (1,635 m2). Er zijn dus in totaal 3,27/1,635 = 2 panelen nodig.
Bijvoorbeeld: voor een project is er 16,35 m² aan PV-panelen van 300 Wp/paneel nodig. De aannemer geeft echter aan dat panelen van 285 Wp/paneel goedkoper zijn. Wat nu?
Het aantal benodigde panelen betreft 16,35/1,635 = 10 stuks van 300 Wp/paneel.
Vervolgens wordt de opbrengt van alle PV-panelen samen berekend:
300 Wp/paneel x 10 panelen = 3.000 Wp.
Nu kan het aantal benodigde panelen van 285 Wp/paneel berekend worden:
3.000 Wp/285 Wp/paneel = 10,52 panelen.
Aangezien er geen halve panelen te koop zijn, zal de uitkomst altijd naar boven worden afgerond. U heeft dus 11 PV-panelen van 285 Wp/paneel nodig i.p.v de 10 PV-panelen van 300 Wp/paneel die in de berekening staan.
Uiteraard kunnen wij dit ook voor u omzetten in de berekening. Dit is echter niet noodzakelijk: zolang u kunt aantonen dat u dezelfde hoeveelheid Wp of meer opwekt, is dit voldoende voor de vergunningsaanvraag.
Resultaten van de EPC/ BENG berekening
Aan het einde van de berekening vindt u het onderdeel Resultaten. In onderstaande afbeelding zijn de behaalde EPC score, de minimale eis van het gebouw en of het gebouw voldoet aan de eis in bruin aangegeven. Ook staan de voorlopige BENG-indicatoren gepresenteerd. Hecht (nog) niet te veel waarde aan de BENG-indicatoren: deze rekenmethode is nog niet definitief.
Onderstaand vindt u een korte samenvatting van verschillende EPC-scores (woningbouw):
EPC-Score | Omschrijving |
---|---|
0,4 | Minimale eis bouwbesluit |
≤ 0,3 | Eeuwigdurende erfpacht Amsterdam |
0,0 | Gebouw gebonden energieverbruik is 0,0 |
≤ –0,3 | Aanname NUL op de meter woning |