Voor de onderstaande varianten gaan we uit van de minimale eisen van het bouwbesluit:
- Rc-waarde vloer ≥ 3,5 m2.K/W
- Rc-waarde gevel ≥ 4,5 m2.K/W
- Rc-waarde dak ≥ 6 m2.K/W
- U-waarde max ≤ 1,65 W/(m²·K) (Haalbaar met HR++ glas of HR+++ glas)
- Qv10 = 0,4 (infiltratie waarde)
Varianten BENG Berekening

Variant 1 – Lucht of bodem warmtepomp met natuurlijke ventilatie C4c
- Lucht of bodem warmtepomp met vloerverwarming.
- C4C systeem (CO2 sensor in woon- en hoofdslaapkamer) met natuurlijke toevoer en mechanische afvoer.
- +/- 6 PV panelen georiënteerd op het zuiden.
BENG indicatoren variant 1:
BENG 1 +/- 60 (≤ 70)
BENG 2 +/- 29 (≤ 30)
BENG 3 +/- 60% ( ≥50)
EPC 0,4
Variant 2 – Lucht of bodem warmtepomp met mechanische ventilatie (WTW-systeem)
- Lucht of bodem warmtepomp met vloerverwarming.
- Mechanische ventilatie met WTW-systeem
- +/- 4 PV panelen georiënteerd op het zuiden.
BENG indicatoren variant 2:
BENG 1 +/- 55 (≤ 70)
BENG 2 +/- 28 (≤ 30)
BENG 3 +/- 58% ( ≥50)
EPC 0,4
Variant 3 – Geen PV panelen
- Verhogen van de Rc-waardes.
- Vloeren minimaal een Rc-waarde van 5 m².K/W.
- Gevels minimaal een Rc-waarde van 6 m².K/W.
- Daken minimaal een Rc-waarde van 7 m².K/W
- Qv10 = 0,4, of lager.
- Toepassen HR +++ glas (ook wel triple glas genoemd).
- Zonwering op de zuidelijk georiënteerde gevels.
- Toepassen van een bodem warmtepomp inclusief een systeem voor koeling.
- Mechanische ventilatie met WTW-systeem op CO2 sturing.
- Douchepijp WTW.
BENG indicatoren variant 3:
BENG 1 +/- 35 (≤ 70)
BENG 2 +/- 23 (≤ 30)
BENG 3 +/- 51% ( ≥50)
EPC 0,4
Overige opties voor een verlaging van de BENG indicatoren zijn:
- Het verbeteren van de isolatiewaarden.
- Toepassen van douchepijp WTW.
- Zonwering op de zuidelijk georiënteerde gevels.
- Warmtepomp inclusief een systeem voor koeling.
Let op dit zijn slechts de richtlijnen voor een BENG Berekening. Er is gebruik gemaakt van kwaliteitsverklaringen en niet van een forfaitaire invoer. Aan deze varianten kunnen geen rechten worden ontleend.